Huurschade is de ergste nachtmerrie van elke verhuurder, die het rendement van de huur ernstig aangetast ziet.
Het burgerlijk wetboek regelt de algemene verplichtingen van de huurder. in artikel 1731:
Indien geen omstandige plaatsbeschrijving is opgemaakt, wordt vermoed dat de huurder het gehuurde goed ontvangen heeft in dezelfde staat als waarin het zich bevindt op het einde van de huurovereenkomst, behoudens tegenbewijs, dat door alle middelen kan worden geleverd.
Indien tussen verhuurder en huurder een omstandige plaatsbeschrijving is opgemaakt, moet de huurder het goed teruggeven zoals hij het, volgens die beschrijving, ontvangen heeft, met uitzondering van hetgeen door ouderdom of overmacht is teniet gegaan of beschadigd.
In dat geval wordt de huurder geacht het goed ontvangen te hebben in dezelfde staat waarin hij/zij het achterliet. De wet laat wel toe dat de verhuurder toch het tegenbewijs kan leveren, zelfs met getuigen en vermoedens.
In dit geval kan de verhuurder geruster zijn. De huurder moet het goed achterlaten in exact dezelfde staat als deze die beschreven is. Meteen blijkt zeer duidelijk het nut van een goede en duidelijke plaatsbeschrijving.
Het sterkte wapen is de onderlinge vaststelling van schade. Dit is nadien onweerlegbaar. De enige discussie kan dan enkel nog bestaan over het bedrag van de huurschade.
Het PV van vaststelling wordt opgemaakt door de gerechtsdeurwaarder, een openbaar ambtenaar. Deze vaststellingen hebben authentieke waarde. Voor een PV van vaststelling mag U al snel rekenen op een paar honderd euro. Deze kosten zijn in principe niet verhaalbaar op de huurder.
Laat U goed begeleiden bij het vaststellen van huurschade, want het zal een wereld van verschil betekenen bij een eventuele latere procedure om de schade te recupereren.